De vrijheid van de volkeren, en hun democratische toekomst, hangt onmiskenbaar af van de mate van soevereiniteit die de naties over hun toekomst hebben, in dialoog en door verdragen met andere volkeren. De belangrijkste parameters om het gehalte van volkssoevereiniteit te beoordelen zijn: de geopolitieke machtsverhoudingen en de interne machtsverhoudingen tussen de klassen in de naties.
Na WOII werd in West-Europa de sociale welvaartsstaat opgebouwd en werden democratische rechten verworven.
De welvaartsstaat was een essentiële pijler van de nationale volkssoevereiniteit. Hij was het resultaat van de sterkte van de linkse arbeidersbeweging. Het was ook de buffer die de westerse heersende klasse moest beschermen tegen de groeiende invloed van de linkse arbeidersbeweging en het prestige van de Sovjet-Unie die het nazisme overwonnen had.
De toen nog oppermachtige CVP en zijn arbeidersafdeling kwam er na de bevrijding openlijk voor uit bij monde van topman P.W. Segers “dat er een breed katholiek front moest gevormd worden als dam tegen het communisme. Het enige verweermiddel daartegen is een sociaal vooruitstrevende volkspartij”. (Kadoc, Jaarboek 1985).
Toen de Sovjet-Unie implodeerde in 1991 was er geen behoefte meer aan de welvaartsstaat voor de heersende westerse elites. Hun compromisbereidheid verdween. De sociale welvaartsstaat wordt sinds 1991 permanent aangevallen en uitgehold met als recentste voorbeelden onder meer het sociaal conflict bij Delhaize en het wangedrag van de banken.
De prijs voor soevereiniteit
Na 1945 ontstonden twee veiligheidsmechanismen in het Westen tegen allerlei vormen van democratie die openingen maakten naar meer volkssoevereiniteit. De NAVO, als de militaire arm en de EEG, nadien de EU, werden de poortwachters.
In 1967 had de Griekse regering kans op een een progressistische regering o.l.v. Georgios en zijn zoon Andreas Papandreou. Ze werden verdreven en gevangen genomen door de Griekse kolonels. De putschisten installeerden een bloedige dictatuur met steun van de NAVO, tot 1973.
Velen herinneren zich de wereldbekende Griekse componist en dirigent Mikis Theodorakis, ( foto-people’s world) icoon van het verzet tegen het fascisme tijdens WOII maar ook tegen de kolonels. Hij werd door de kolonels gevangengezet in een concentratiekamp op het rotseiland Oropos, gefolterd en, mede onder druk van wereldbekende componisten en zangers, vrijgelaten en verbannen naar het buitenland.
Mikis Theodorakis componeerde de ontroerende muziek voor onder meer de politieke film “Z” en de “Mauthausen Trilogy”.
In de tweede helft van vorige eeuw in 1981 herinneren we ons nog hoe de nieuwe Franse president François Mitterrand onmiddellijk VS-president Ronald Reagan verzekerde dat de aanwezigheid van de communisten in zijn regering niets zou veranderen aan zijn buitenlandse politiek.
Er zijn niettemin pogingen geweest van eminente staatslui in West-Europa die trachtten de soevereiniteit van hun land en West-Europa te herwinnen of tenminste te vergroten: Charles De Gaulle in Frankrijk, maar ook Olaf Palme in Zweden, Willy Brandt in Duitsland (Ostpolitik) en Bruno Kreisky in Oostenrijk.
In 1974 kwam, na de val van de fascistische dictator Marcello Caetano in Portugal, een linksradicale coalitie aan de macht tijdens de zogenoemde “Anjerrevolutie”. Deze linkse revolutie werd vlug teruggedraaid met de hulp van de Atlantisten in de NAVO.
In onze eeuw was er een opvallend besluit waarin Europa toch enige soevereiniteit toonde. De Duitse kanselier Gerhard Schröder en de Franse president Jacques Chirac (foto met VS-president Bush erachter) (en ook de Belgische regering toen onder eerste minister Guy Verhofstadt) weigerden de Amerikaans-Britse aanvalsoorlog tegen Irak in 2003 te steunen.
Na vijf jaar besparingspolitiek die één derde van de Grieken in de armoede duwde en 25% van het bruto binnenlands product vernietigde, wou de Griekse kiezer in 2012 een alternatief voor het neoliberale besparingsbeleid. In Griekenland werd de linkse partij Syriza, onder de leiding van eerste minister Alexi Tsipras verkozen (2012-2015). De Griekse regering wilde over dit alternatief sociaaleconomisch beleid onderhandelen met de Europese instellingen.
Maar stootte op een autocratische Commissievoorzitter Jean-Claude Juncker die openlijk stelde “dat de democratie niet geldt voor de Europese verdragen.” De voorzitter van het Europees parlement, de Duitse sociaaldemocraat, Martin Schultz beval de Griekse regering haar sociale beloften in te slikken. (waarna Syriza gedomesticeerd werd tot een klassieke sociaaldemocratische partij).
Het Griekse voorbeeld toont aan dat er in de Europese instellingen er geen ruimte is voor een democratisch alternatief dat breekt met de neoliberale orthodoxie. Europese boegbeelden spreken graag over democratie en autocratieën, als het over andere landen gaat, maar in eigen huis worden verre van democratische gewoonten gehanteerd in het beleid. Van volkssoevereiniteit is bij de EU geen sprake.
Heel wat natiestaten zijn formeel onafhankelijk, maar daarom is het volk nog niet soeverein. We kijken naar Oost-Europa, Vlaanderen, Noord-Ierland en Catalonië.
Oost-Europa
Na WOII wenste de Sovjet-Unie niet meer aangevallen te worden vanuit het Westen. Ze wilde de horror van de Hitler oorlog niet meer beleven. De Sovjet-Unie richtte een reeks bufferstaten op in de slipstream van de overwinningstocht van het Rode Leger naar Berlijn.
Er werden antifascistische regimes opgedrongen in nog feodale, achterlijke landbouwstaten waarvan de meeste collaboreerden met het nazisme. De bufferstaten kregen als hoekstenen het Warschaupact en de Comecon als superstructuren.
Pogingen om een eigen weg naar het socialisme uit te werken werden belet. Volksprotest werd onderdrukt. Die landen werden dan wel formeel onafhankelijk. Echter, de Sovjet- ambassades en Moskou hadden het laatste woord (behalve dan in het Joegoslavië van president Josip Broz Tito).
Toen de Sovjet-Unie implodeerde in 1991, sloeg in die gewezen Warschaupactlanden landen de slinger totaal de andere kant uit. Van de ene grootmacht vielen zij in de armen van de andere grootmacht: de Amerikanen met in hun zog de EU-vazallen. De soevereiniteit was even ver weg als in Sovjet tijden en daar bovenop deed het wilde kapitalisme zijn intrede.
In de meeste Oost-Europese landen, ook in Rusland, (Jeltsin) kwamen rechtse, conservatieve regimes aan de macht in de jaren negentig van vorige eeuw.
Grootschalige privatiseringsprogramma’s van duizenden staatsondernemingen werden doorgevoerd. Oligarchen roofden voor een habbekrats belangrijke ondernemingen. Westerse multinationals streken neer als een zwerm sprinkhanen. De kloof tussen rijk en arm werd immens. De goedkope loodgieter uit Polen of de zwart werkende bouwvakker werd een symbool voor de verloedering van de sociale verhoudingen bij ons. Het nazisme wordt terug verheerlijkt in paramilitaire marsen, in schoolboeken, met straatnamen in de Baltische landen, in Oekraïne…De Amerikaanse wapenindustrie zag in Oost-Europa een grote markt opengaan zeker nu, tijdens het conflict in Oekraïne.
Minderheden worden gediscrimineerd. VN-gezant Fernand de Varennes speciale VN-rapporteur voor minderheden kwesties hekelde in zijn rapport (2021) discriminerende praktijken in de Baltische landen en Oekraïne. Naast homo’s, politiek links, Sinti en Roma worden Russisch sprekende minderheden gediscrimineerd.
Ook in Rusland heerst een neoliberaal conservatief regime onder de partij “Verenigd Rusland” van president Vladimir Poetin met een waaier aan discriminaties en repressie. Met als enige serieuze oppositiekracht de Communistische Partij die voor democratische en socialistische oplossingen strijdt. Ze is electoraal de tweede grootste partij, ze heeft duizenden verkozenen en een reeks gouverneurs en bedrijfsleiders die vaak worden gepest en geboycot en zelfs worden ontslagen als ze de oligarchen in de weg lopen.
Vlaanderen, Ierland, Catalonië
Soevereiniteit als verpakking voor een neoliberaal businessmodel geldt ook voor Vlaanderen. De formeel soevereinistische partijen N-VA (foto-MO*-magazine) en Vlaams Belang die naar onafhankelijkheid streven zijn rechts conservatief.
De belangen van de welvarende, kleine conservatieve burgerij in Vlaanderen staan voorop onder de slogan “steun voor wie onderneemt, werkt en spaart”. De Vlaamse kapitalistische klasse bedient zich van de Vlaamse zaak om hun klassenbelangen te bevorderen. Het N-VA-programma is een doorslagje van het VOKA-programma.
En het Vlaams Belang? Ze heeft een volksere basis en heeft behoefte om zich een sociaal imago aan te meten. Wat zien we in de feiten? Op 1 mei 2022 spreekt Tom Van Grieken zijn aanhangers toe in Sint-Niklaas. “Het probleem in dit land, in tegenstelling tot wat alle socialisten en communisten u proberen wijs te maken, zijn niet de woekerwinsten. Het zijn de woekerbelastingen”.
In het Europees parlement stemmen mandatarissen van het Vlaams Belang en de N-VA tegen het minimumloon voorstel, het Vlaams Belang stemde tegen het opstellen van een zwarte lijst van belastingparadijzen, tegen maatregelen om de loonongelijkheid tussen vrouwen en mannen weg te werken en tegen een betere sociale bescherming van werknemers in de digitale platform-economie” (Uber, Take Away,…).
In Noord-Ierland werd, na een bloedige periode van oorlog met het Britse bezettingsleger, het ‘Goede Vrijdagakkoord’ gesloten in 1998 dat tot een pacificatie van de verhoudingen, tussen Londen en Belfast leidde. In dat akkoord wordt de vreedzame hereniging van Noord-Ierland met de Ierse Republiek bepleit. Dat is ook de positie van de linkse Sinn Féin (logo SF– verenigd Ierland) die in de jongste verkiezingen voor de eerste keer de grootste partij is in Noord-Ierland. Sinn Féin was voorheen de politieke tak van de paramilitaire organisatie IRA.
De neoliberale elites in Londen, Belfast en Dublin houden hun hart vast als deze links nationalistische partij, met een IRA-verleden, nog een belangrijkere rol in de Noord-Ierse politiek krijgt. En effectief stappen zou kunnen zetten naar consequente volkssoevereiniteit.
Catalonië in het noordoosten van Spanje is een bewuste natie. In de loop der eeuwen zijn er veel bloedige veldslagen geweest tussen opstandige Catalanen en Spaanse troepen.
Eén oorlog is verankerd in het geheugen van de Catalanen. In de Dertigjarige oorlog in de 17e eeuw hadden de grootmachten Spanje en Frankrijk met elkaar een bloedig conflict.
In 1640 maakten Catalaanse separatisten gebruik van de oorlog door een zelfstandige republiek uit te roepen onder de bescherming van de Franse koning Lodewijk XIII. Na het einde van de Dertigjarige oorlog werd in een akkoord de steun van Frankrijk aan de Catalanen stopgezet en vanaf 1652 viel Catalonië weer onder Spaans gezag.
Tweehonderd jaar later kreeg Catalonië onder de bescherming van de Franse keizer Napoleon weer zelfstandigheid. Toen de Franse keizer in 1814 voorgoed verslagen was werd Catalonië weer Spaans.
Het globaal soevereiniteitsdiscours vandaag in Catalonië van een front van burgerlijk-conservatieve krachten, tot centrumlinkse en radicaal linkse partijen (foto), wortelt nog altijd in de onderdrukking van taal, cultuur en economie door het lange schrikbewind van generaal Francisco Franco (1939-1975). (Vandaag heeft het Franco- fascisme nog zijn tentakels in het staatsapparaat en de politieke partij Vox).
Zeer recent werd onder de linkse regering PSOE-SAMUR voor het eerst in de geschiedenis in parlementaire debatten het Catalaans, Baskisch en Galicisch gesproken. Tot grote onvrede van de rechtse partijen. Bij de stemming voor de officiële erkenning van vermelde talen, verliet de fascistische Vox-fractie het parlement uit protest.
Catalaanse onafhankelijkheid zit er echter voorlopig niet in.De Spaanse staat, zelfs als hij dat zou willen, is voor de NAVO en de EU strategisch te belangrijk om van de Catalaanse natie een volwaardige staat te maken.
Mondiaal
De 20e eeuw kende een eerste dekolonisatiegolf. Formeel mochten dan wel vele zuiderse landen soeverein zijn geworden maar ze bleven, als perifere landen, in de greep van het westers neokolonialisme als vnl. grondstoffenleveranciers, als leveranciers van goedkope arbeidskrachten op plantages, in mijnen.
Na de val van de Sovjet-Unie ontstond 1991 er een unipolaire wereld rond de Verenigde Staten en zijn Europese vazallen.
Dat veranderde toen zuiderse landen zich stilaan zelf ontwikkelden. Slachtoffers van het eeuwenlange westers kolonialisme en imperialisme organiseren zich nu om niet verder afhankelijk te zijn van de Westerse dictaten.
Dat blijkt duidelijk door de invasie wel te veroordelen, maar te weigeren de economische oorlog tegen Rusland te steunen en militair materiaal te leveren voor het slagveld in Oekraïne. President Volodymyr Zelensky van Oekraïne sprak in de recente Algemene Vergadering van de Verenigde Naties in New York voor een quasi lege zaal.
Vele sprekers uit het zuiden op de recente Algemene Vergadering (21 september jl.) verwezen naar de hypocrisie van het Westen. Ze verwijzen naar de militaire invasies van de Amerikanen in Panama, Granada, de steun aan Israël voor de bezetting van Palestina en de Golan-hoogte, de oorlogen in Irak, Afghanistan, Libië, Syrië, Jemen.
De Colombiaanse president Gustavo Petro (foto) stelde in zijn toespraak: “het Westen brak zijn belofte om 100 miljard dollar over te dragen aan de zuidelijke landen voor de strijd tegen orkanen, droogte, overstromingen, armoede, drugsgeweld. Dat geld is er niet. Maar 100 miljard kan wel in één dag voorzien worden zodat de Russen en Oekraïners elkaar verder afmaken”.
Multipolaire wereld
Er ontstaat een multipolaire wereld. Met heel wat grondstofrijke regionale grootmachten. Maar China spant de kroon als nieuwe supermacht in wording onder de leiding van de Communistische Partij. China veegde de bittere armoede uit voor 800 miljoen Chinezen.
China speelde het slim in de transitie van ontwikkelingsland naar economische supermacht. China werd in 2001 lid van de Wereldhandelsorganisatie (WHO), het trok westers kapitaal aan. Westerse multinationals hield ze gevangen in “joint ventures”, in gedwongen participaties met overheveling van intellectuele eigendom. Staatsbanken hielpen Chinese topbedrijven creëren. Het Westen dacht dat het land in de neoliberale westerse orde zou kantelen. Maar het gebeurde niet tot frustratie van het Westen. Multinationals konden niet inbreken in de Chinese machtsstructuren. China bleef zijn soevereiniteit behouden en verder ontwikkelen.
De donkerblauwe Prof. Marc De Vos bekent: “China is altijd een communistisch land gebleven. We zien meer en meer de tekenen van een Chinese strategie die het kapitalisme van binnenuit vervormt of ondermijnt. Het Pekingmodel is een attractieve optie voor ontwikkelingslanden”. (“Beter is niet Genoeg”, Marc De Vos, 2020). China evolueert, als enige in het gezelschap van de BRICS-landen, weliswaar met de nodige problemen en contradicties, als “Socialisme met Chinese kenmerken”.
De BRICS-landen (Brazilië, Rusland, India, China, Zuid-Afrika) die recent in augustus op de 15e top in Johannesburg samenkwamen aanvaardden in consensus zes nieuwe landen: Saoedi-Arabië, De Verenigde Arabische Emiraten (VAE), Egypte, Iran, Ethiopië en Argentinië. First things first. Het is een historische ommekeer. Maar of dit stappen zullen zijn naar meer democratie en volkssoevereiniteit zal de toekomst uitwijzen.